Ik kom er maar gelijk voor uit: ik ben verliefd. Een liefde die wat stroef begon, het duurde zeker tien jaar tot de vonk bij mij over sloeg. Maar nu brandt het vuur volop. Ik heb het over de wijnen uit de Moezel. Er zijn weinig wijngebieden ter wereld met zo’n compleet eigen stijl, geschiedenis, identiteit en diversiteit. Elke keer als ik er ben kom ik weer achter een nieuw aspect, een andere nuance, een nét afwijkende dimensie binnen ditzelfde piepkleine gebied.
Toen ik jaren geleden mijn pappillen liet kennismaken met de Moezel en dan met name de rieslings uit dit gebied had ik weinig referentiekader en zeker geen historische context. Een en ander kwam me vooral strak en zuur over. Leuk voor een fris opwekkend glas, maar een fles leeg krijgen? Inmiddels zie ik in dat ik niet anders was dan een klein kind dat de smaak van paddenstoelen, slakken en avocado niet begrijpt. Het vergt tijd, veel herhaling en mensen voor wie je respect hebt die het wel waarderen om het op waarde te kunnen schatten.
In een van de eerste wijnlessen die ik volgde legde Master of Wine Frank Smulders uit dat de mooiste wijnen uit marginale gebieden komen. Gebieden waar de druiven nét wel en soms ook gewoon niet rijp worden. Net als aardbeien van de koude Hollandse grond die hun frisheid en verfijning behouden en niet opgepompt platzoet uit Spaanse kassen komen.
De Moezel is zo’n marginaal gebied waar diens beroemde riesling in de jaren ’70 slechts van 3 uit de 10 oogstjaren van een fatsoenlijk rijp kon worden. Voor de wijnmakers in de Moezel is het broeikaseffect een zegen.
Om de toch al stevige rieslingzuren in een koel klimaat als dat van de Moezel te compenseren wordt vaak wat suiker in de wijn gelaten en gist de wijn niet volledig uit om toch balans te behouden. Traditionele rieslings uit de Moezel hebben dan ook weinig alcohol, een grammetje zoet en kennen een vederlicht mondgevoel. Ze zijn zuiver, precies en fijntjes, filigraan als een pianospel van Mozart. Tijdens ons recente verblijf zeiden we gekscherend tegen elkaar dat we een alcoholvrij weekend hadden. Vrijwel geen enkele wijn had meer dan 10% alcohol. Er zijn zelfs liefhebbers die niet geloven in droge wijnen uit de Moezel, die vinden dat dat niet heurt. Benieuwd naar deze stijl? Zoek dan naar klassieke kabinett of spätlese, maar drink ze wel met minstens tien jaar leeftijd. Jong geopend beperken de proefnotities zich voornamelijk tot termen als suikerwater, citroen en ananas.
Iemand met een compleet andere visie is Markus Molitor. Molitor is een referentie in het gebied en in omvang verreweg de grootste producent. In zijn optiek zijn de meeste traditionele lichtzoete wijnen simpelweg niet rijp. Hij begon dan ook als een van de eersten al veertig jaar geleden met het maken van voornamelijk droge rieslings. Molitor is niet iemand die een uitgesproken mening schuwt, net zomin als de mensen die voor hem werken. Voormalig topsommelier Daniël Kiowski die de PR en verkoop van Molitor op zich heeft genomen is minstens zo overtuigd en overtuigend. Terwijl hij een keur aan droge wijnen laat proeven kijkt hij je aan met een indringende blik en stelligheid waardoor je nauwelijks een vinger durft te onderbreken. De wijnen van Molitor zijn statements, daar hoef je niet aan te twijfelen. Alle werk wordt met de hand gedaan, van wijngaardwerk tot oogst en vinificatie. Persing in traditionele mandpers, gisting met natuurlijke gisten, korte schilwerking en dan tien maanden rijping op grote houten foeders waar mogelijk en anders kleine glazen flessen, beton of amfoor. Strenge selectie in de wijngaard moet de rendementen beperken en de kwaliteit (en natuurlijke suikergehaltes) bevorderen.
Waar het bij sommige producenten geldt dat hoe groter ze zijn, hoe anoniemer de wijnen, gaat dat bij Molitor absoluut niet op. Weliswaar kennen we de wijnen van Molitor in Nederland vooral van de goed gemaakte toegankelijke ‘guts’wijnen die je in de winkels van De Wijnkring vindt, Molitor maakt zich bovenal sterk voor verschillen in terroir en wijnen van niveau. Houd voor een bezoek aan Molitor dan ook zeker 2 uur in je agenda vrij, want er worden meer dan 80 wijnen van allerlei niveaus, terroirs en kleuren gemaakt.
Door Molitor’s eigenzinnigheid maakt hij niet met iedereen vrienden. Onenigheid met de buren heeft voorkomen dat Molitor tot nu toe lid kon worden van de VDP, de Duitse eliteclub van topproducenten. Vandaar dat je tot op de dag van vandaag geen adelaar op Molitor’s capsules zult aantreffen. Dat grootheden als Egon Müller Molitor bijvallen heeft daar vooralsnog niets aan kunnen veranderen. Het zorgt er wel voor dat Molitor de traditionele wijze van etikettering kan aanhouden. Kabinett, spätlese of auslese zegt niks over hoe zoet een wijn is, maar wel hoe rijp de druiven zijn geoogst. Heeft de fles een witte capsule (zoals de meeste van zijn wijnen) dan is deze droog. Is de capsule groen, dan is de wijn halfzoet zoals traditionele moezel wijnen en bij goud is deze (edel)zoet. 1 ster is wat hij zelf klasseert als goed, 2 is beter, 3 is best, al geeft niet elke wijngaard elk jaar de kwaliteit van 3 sterren niveau. Feiner, feinste of hochfein noemen ze dat. Zo kun je dus een witte capsule 3 sterren droge auslese kwaliteit hebben en een 1 sterren groene capsule lichtzoete kabinett uit dezelfde wijngaard. Neem de Kinheimer Hubertuslay, een grand cru wijngaard in het dorpje Kinheim. Molitor maakt er droge wijnen in kabinett, spätlese en auslese rijpheid met 1, 2 en in de beste jaren zelfs 3 sterren classificatie. Zo heb je al een veelheid aan wijnen uit slechts 1 enkele wijngaard.
Las je hierboven verschillende kleuren? Jazeker, Molitor was een van de eersten die op uitgebreide schaal Pinot Noir in de Moezel aanplantte. Met succes. Het is alsof hij 30 jaar geleden al wist dat het broeikaseffect zijn intrede zou doen. Knap hoor, je hebt niemand om je aan te spiegelen, als referentie, je moet compleet een nieuwe eigen stijl creëren. Die is ongetwijfeld nog in ontwikkeling, maar zorgt nu al voor wijnen die de aanschaf waard zijn. Uniek, niet in zijn soort, want er is geen nog soort, maar wel uniek dus.
Zo de man, zo zijn wijnen. Niets wordt aan het toeval overgelaten, Duitser kan het niet. Precies, rechtlijnig, duidelijk. Dat daarbij zo nu en dan een flinke scheut sulfiet om de hoek komt kijken deert niet, Molitor’s wijnen zijn toekomstbestendig. Generatiebestendig zelfs. Om dat te ervaren staat er vaak ergens in de proefruimte van Haus Klosterberg in Bernkastel-Kues wel een fles uit de jaren ’70 of ’80 open.
Een proeverij bij Molitor begint zoals in de Bourgogne met rood. Riesling met zijn zuren, intensiteit en complexiteit overtroeft alles.
Supplement: 2021 was in de moezel een heel koel jaar met veel ziektestress, problemen en een zeer kleine oogst. Tegelijkertijd is wat er geoogst is van zeer hoog niveau met ouderwets opwekkende frisheid en lichtvoetigheid. Uiteraard scheelt dit van producent tot producent, maar kun je nog 2021 wijnen kopen van hoger niveau en je hebt de mogelijkheid ze weg te leggen, koop ze dan vooral en kijk er 15 jaar niet naar om. Dan met betrekking tot de wijngaarden: Het dorp Graach heeft net als alle dorpen meerdere grand cru wijngaarden zoals de himmelreich en de domprobst. Hier komt je smaakvoorkeur echt om de hoek kijken. Het gaat om nuances, want hetzelfde jaar, dezelfde producent, maar een andere wijngaard geeft zeker een zelfde type wijn. Toch maken die nuances het verschil, maar dat komt ook aan op persoonlijke voorkeur. Houd je van aardse, diepgaande, ingetogen wijnen, dan zijn de wijnen uit de Graacher Domprobst meer voor jou. Ben je meer voor de opulentie, rijkdom en weelde, focus dan meer op de Graacher Himmelreich. Het woord zegt het al, het is een op de hemel (zon) gerichte wijngaard die volrijpe druiven aflevert waarvan fruitgedreven volle, rijke rieslings worden gemaakt. Het is in de Moezel niet anders dan in de Bourgogne.