In Hongarije staat juhfark bekend als de wijn voor de huwelijksnacht. Het schijnt dat je er vruchtbaar van wordt. Sterker nog: drink je genoeg juhfark, dan kan je jongetjes maken. Dat beweerde althans Maria Theresa, de koningin van Hongarije. En zij kan het weten, want ze kreeg maar liefst zestien kinderen.
De natuurlijke habitat van juhfark zijn de zuidelijke hellingen van de uitgedoofde vulkaan Somló, gelegen in het noordwesten van Hongarije. De term Somlói betekent dan ook 'afkomstig van Somló'. Deze typische Hongaarse specialiteit moest vroeger vier tot vijf jaar rijpen voordat hij op dronk was. Tegenwoordig kan de kurk eerder van de fles getuige de 2020-versie.
Nog altijd mag je hier gerust even voor gaan zitten. Juhfark is een druif met breedte en bitters. In het geval van Apátsági Pince heeft hij ook iets alternatiefs. Noem het boers, noem het geitenwollensokken. Hij is dierlijk met goudappeltje en een flinke body. Rijk, rijp wit met een amandeltoets.