Het is mijn vaste opening als ik met Circus Champagne door het land trek. Met name de laatste jaren deed ik vele dorpen en steden aan. Door onze groeiende belletjesconsumptie nam ook de dorst naar informatie toe. En deze diende evenzeer gelest te worden. Zodoende kreeg ik steeds meer verzoeken van gastheren of gastvrouwen die hun te slechten voorraad behalve gedronken ook geduid wilden zien.
Na dat beginnetje ging er gewoonlijk gejuich op, waarna ik het gezelschap nog meer argumenten aanreikte om de kurk te laten zuchten. ‘Want knallen is ordinair. En u bent toch geen Formule 1 coureur?’ Al deed de aanblik op de oprijlaan regelmatig anders vermoeden.
Terwijl er nog eens ingeschonken werd, vertelde ik hen over de Engelse thrillerschrijver John Mortimer die zijn dag niet met thee begon maar met Champagne. Omdat hij er van overtuigd was dat iedere ochtend een glas Champagne drinken het geheim was voor een lang leven.
‘En hij is er vijfentachtig mee geworden.’
Soms meende ik bij een overduidelijke tweede vrouw dan een blik van teleurstelling te bespeuren.
Daarna waarschuwde ik de dames en heren voor het maken van cruises. Bij de tewaterlating van de Titanic werd de gebruikelijke fles Champagne achterwege gelaten. En wees ik hen op nog een teken aan de scheepswand: bij het wensen van de behouden vaart van de Costa Concordia brak de fles bij de eerste poging niet. Waarna het hoofdstukje ‘nautisch’ afgesloten werd met een grap die in de Champagnestreek circuleert: ‘Als er daar een nieuw Champagnehuis wordt geopend, wordt er een boot tegenaan gegooid.’ Gewoonlijk waren we dan al een paar flessen verder en stelde ik de liefhebbers gerust dat er geen alcohol in Champagne zit. ‘Omdat daar door al die belletjes geen ruimte meer voor is.’ Vervolgens klonk er dan wederom gezucht. En niet omdat het gezelschap het zo zwaar had. Het zijn optredens die mij afgaan als een televisiedominee in de VS: ik drink het namelijk zelf ook graag.
En dat blijf ik ook doen. Al werd er ten tijde van de economische en financiële crisis die een jaar of tien geleden de wereld bezighield nog door een Engelse wijnverkoper verzucht: ‘When times are tough people don’t want to be seen drinking Champagne.’ Destijds zagen les grandes marques, de wereldberoemde grote merken, zich soms geconfronteerd met double digit downs. Maar laten we eerlijk zijn, met de huidige coronapandemie is ‘Lehman Brothers’ natuurlijk a walk in the park.
Daarom ben ik de mening toegedaan dat we – vrij naar Theo en Thea- deze crisis juist van ons af moeten drinken. Zodoende heb ik nu het motto omarmd uit een artikel dat ik onlangs las in een artikel over iemand die Champagne als een probaat middel ziet om een rotdag achter zich te laten: ‘Champagne bubbles your troubles away.’