Kijk aan, van Alejandro Fernández. Die kennen we. Die maakt in Ribera del Duero ook die wereldberoemde en toch ook nog buitengewoon smakelijke Pesquera. En nu ook nog in een subregiootje in Castilië bezig, Zamora. Wat brengt 'm daar nou? Waarschijnlijk de auto maar tevens de tempranillo, een druif die uit zijn hand eet.
Is ie ter plekke overigens al een jaar of twintig mee doende toen hij het domein met de aanpalende wijngaarden in de schoot geworpen kreeg. Niemand zag er brood in: hij wel. En omdat brood ook nog goed samengaat met wijn, ging ie met voornoemde tempranillo aan de slag. En met succes.
Is nadrukkelijk indrukwekkender dan de 2015 die we eerder eens begroetten. En frivoler, spiritueler en gelaagder dan de 2016 die daarna kwam. Pittig en fris rood fruit, koele pruimen, sappige tannines en fijnbesnaarde zuren. Pel af die laagjes en geniet.
Grote wijn uit een gebiedje met tot op heden een kleine reputatie.