Vijfde generatie Bertrand aan het roer. En ook deze heeft zich weer voorgenomen om goede grand cru te maken. Van vooral merlot, aardig wat cabernet franc en een spatje cabernet sauvignon. Volop cassis, bittere kersen, een bedje rode bessen, een aanpalende laurierboomgaard, een roosterrandje en tannines voor het betere hang-en-sluitwerk. Geen gelepel uit de jampot. Geen zoetgeschmier. Geen gedweep met artificieel fluweel. Elegante, koelfrisse saint-émilion waar de droogte van dat jaar geen vat op heeft gehad.