We kennen iemand die niet van champagne houdt. Duur en zuur! Prosecco dan? Nee, ook niet: te mild en te mollig. En tegen cava en crémant heeft ze weer andere bezwaren.
We schonken deze. Blind, zonder iets te zeggen, want bij spumante heeft ze ook haar vooroordelen klaar.
We kregen een dankbare brede glimlach als beloning. En het lege glas: "Schenk nog eens bij!"
Dachten we dus wel dat dit haar plezier zou doen. Goed droog, fraaie zuren, maar geenszins zuur, want verpakt in rijp, gul fruit. Geurend naar een mooie zomerdag, plezante vleug bitter in de afdronk.
En dat alles van druif passerina. Een druif die in de Marche en verder in Midden-Italië al eeuwen wordt hooguit geprezen om z'n ruime opbrengst. En u weet, kwantiteit gaat zelden samen met kwaliteit.
Maar met zorg en aandacht blijk je er toch heerlijke schuimwijn van te kunnen maken. Schuimwijn die zelfs onze immer kritische veeleisende wijnvriendin blij maakt.