Château du Cèdre leerde ons eind vorige eeuw hoe goed cahors kan smaken, en laat ons met deze wijn ontdekken dat die stoere druif malbec - die daar in Cahors auxerrois wordt genoemd - ook wat soepeler kan smaken. Want ondanks de revolutie was ook cahors van Du Cèdre nog steeds duidelijk een achterbuur van gespierde médoc.
Deze heeft alle cahorseigenschappen, maar dan in een toegankelijker uitvoering. Stevig fruit, malbecleer, tannines die regelmatig naar de sportschool gaan - zonder te overdrijven. Gespierd, geen macho's. Vriendelijk en helder. Toegankelijk, zonder karakter te verliezen.