Een druif die zijn oorsprong waarschijnlijk in Portugal kent als bastardo, maar ook in de veel koelere Jura gedijt onder het alias trousseau.
Zijn ouderwetse tannineuze bonkigheid heeft inmiddels plaatsgemaakt voor een veel beschaafdere en aangepastere verschijningsvorm. Ontsteeld bovendien om de ergste bitters weg te poetsen. Zonder sulfiet tot ons gebracht, waardoor expressie, fruit en energie niet worden weggemoffeld. Zoet-hartig, rood met een umamizweem. Wilde kersen, iets getemd. Bes-braam-bastardo. Wel heeft de bastardo aka trousseau nog steeds dat lichtboersige.
Maar in dit geval wel van een herenboer. Eentje die truffels weet op zijn land, pure mest gebruikt, autochtone gisten de ruimte geeft.
Buitengewoon prettige vorm van corvee. Mogen we nog een keer?