Ribolla gialla. Aparter en onalledaags. Van een witte druif die lelijk in de knel kwam te zitten toen de chardonnay aan zijn veldtocht door de wereldwijde wijngaarden begon.
Halverwege de jaren negentig van de vorige eeuw was er in zijn thuisbasis Friuli, in het noordoosten van Italië, nog minder dan één procent van het totale wijngaardareaal mee beplant. Vanwege de hang van menig wijndrinker naar authenticiteit, eigenheid en regionaliteit thans gecategoriseerd onder het kopje ‘herontdekkingen’.
Stevig, vlezig en sappig wit. Met wat kloeke goudrenetzuren en opruwende bittertjes. Een milde kruidigheid. Zuiverende zuren, verkwikkend en vief. Strakdroog en strak in de lak.