Frankrijk is een traditioneel wijnland. Per regio is al sinds de invoering van het appellatie-systeem, ergens halverwege de negentiende eeuw, bepaald welke druivenrassen waar mogen worden gebruikt om tot een bepaalde classificatie te kunnen behoren. Lange zin? Klopt. Sorry. Bijvoorbeeld, Beaujolais rood = gamay. Beaujolais wit = chardonnay. Verbouw je in dezelfde streek syrah, dan mag je geen AOC Beaujolais op je etiket zetten, maar ben je gedegradeerd tot tafelwijn of ‘vin de France’. En dan is dit nog het meest simpele voorbeeld.
Maar nu. De Fransen voegen steeds meer nieuwe rassen toe aan die lijst met goedgekeurde druiven. In Champagne zijn ze al sinds 2000 aan het testen met andere variëteiten en Bordeaux gaf in april vorig jaar groen licht voor een zestal nieuwe. Aanleiding: klimaatverandering. In sommige gebieden wordt het steeds natter, met meer kans op ziektes als meeldauw, in andere juist weer droger. Daar houden de traditioneel bekende en zeer lokaal bepaalde druiven niet zo van.
Om ook in de toekomst de kwaliteit van de wijn te garanderen moeten die tradities overboord. Op de valreep van 2021 zijn er Frankrijk-breed nóg eens acht extra druivenrassen officieel goedgekeurd. Na een tijdelijke aanloopperiode van zeven jaar - soit.
De Spaanse witte cavadruif xarel-lo is de meest bekende, dus dat zegt al iets over de rest van het stel unusual suspects. Vijf zijn er van Corsica: brustianu, rossula bianca, cualtacciu, uva biancona (4x wit) en vintaghju (rood). Dan zijn er nog de twee witte druiven felen, uit Aveyron, en fleurtai, een hybride ras dat al in de Côtes Catalanes was toegestaan. Die mogen dus straks ook in de rest van Frankrijk worden uitgerold. De vraag is nu alleen, en daar is nog géén nieuws over, welke wijngebieden deze ‘nieuwe’ druifjes gaan gebruiken.
Terug naar Bordeaux. Daar zijn in 2021 zes druivenrassen van buiten de regio toegelaten binnen de appellatie. Vier taaie roden die tegen een warm klimaat kunnen: arinarnoa, castets, marselan en touriga nacional. De laatste ken je wellicht uit Portugal. En twee witte: alvarinho (of albariño) en liliorila (een lokale kruising). Al best schokkend, kun je je zo voorstellen. Onlangs doken er geluiden uit de regio op dat wijnmakers in Bordeaux zich klaar maken om ook hybride variëteiten te gaan gebruiken. Heb je hem weer: hybride druivenras. Wat is dat toch? Je vraagt het je misschien af. Zo ja, een mini-college hieronder. Zo nee, lekker overslaan.
De moederplant voor druiven om wijn van te maken heet vitis vinifera, bijna alle wijn op aarde is daarvan. Maak je van twee vinifera’s een nieuw druivenras, dan heet dat simpelweg een kruising. Zoals dus die liliorila, dat is een kruising van chardonnay en de minder bekende baroque. Een hybride ras is een kruising tussen vinifera en een andere ‘vitis’. Bijvoorbeeld vitis labrusca, een Noord-Amerikaanse, inheemse plantensoort.
Waarom zou je hybride druivenrassen willen? Ze bieden in veel gevallen een voordeel bij ziektes. Ze zijn namelijk beter resistent tegen (valse) meeldauw en andere vervelende druivenplagen die door klimaatverandering versterkt worden of op plekken opduiken waar dat nooit eerder gebeurde. Dat is met name interessant als je met minder chemisch ingrijpen je druiven wil laten shinen. Vooral biologische, biodynamische en natuurlijke wijnmakers werken er daarom steeds vaker mee. In ons eigen land is het eigenlijk al bijna de norm. Dan klinken er namen als cabernet cortis, rondo of solaris. Goed. We dwalen af. Want in Bordeaux. Alleen, heel Frankrijk heeft last van veranderende klimatologische omstandigheden.
Het land heeft van oudsher een nogal complexe relatie met hybride rassen. Rond 1950 hebben ze verboden om er wijn van te maken vanwege (overigens gefakete) gezondheidsproblemen, terwijl er veel succesvolle hybriden waren ontwikkeld. Hun weerstand tegen ziektes is - o, ironie - nu de belangrijkste reden dat ze weer wel kans maken in het Franse wijnbouwlandschap. Spannend.
Ben je niet bekend met alle ins-and-outs van de Franse appellations, dan is wijn herkennen door het lezen van het etiket soms een ware beproeving. Weet je bijvoorbeeld dat je witte wijn van sauvignon blanc lekker vindt - pech voor jou. Dat gaat bijna geen enkel Frans etiket je eenvoudig uitleggen. Alleen Pays d’Oc in het zuiden (vaak) en de Elzas (altijd) langs de Duitse grens zijn zo vriendelijk duidelijk te vermelden welke druivenrassen in de fles zitten. De rest? Een kwestie van opzoeken of van weten. Zeker als er op los geblend wordt, zoals bijvoorbeeld in het zuidelijk deel van de Rhône. Neem rode Châteauneuf-du-Pape, daar mogen binnen de appellatie dertien, ik herhaal, 13 druivenrassen gebruikt worden: acht rode en vijf witte. Je leest het goed. Mag, hè? Hoeft niet. Kortom, weet je nog niks. Behalve dat ze verdraaid lekker kunnen zijn, die wijnen.
Conclusie: was het al lastig, het wordt alleen maar lastiger. Klimaatverandering wacht op niemand. Dus wist je al een ding of twee over welke Franse druif waar verbouwd mag worden en in welke wijn zit? Begin gerust van vooraf aan. Bon chance.
Niels van Laatum
Bekijk hier alle artikelen van Niels
mede mogelijk gemaakt door Airtender, maximum taste minimum waste